Terug naar Blogs 2 April 2024

Voormalige zwartspaarders in Zwitserland: alsnog ontdekt?

Geschreven door: Vanessa Huygen

Voormalige zwartspaarders in Zwitserland: alsnog ontdekt?

Wie een al jaren geleden opgeheven bankrekening had bij de UBS in Zwitserland, loopt het risico alsnog in het vizier te zijn of te komen bij de Nederlandse Belastingdienst. Wie wordt aangeschreven, zal de fiscaal relevante informatie moeten verstrekken. Zelfmelders hebben nog de kans om het risico op een strafzaak te minimaliseren. Als sprake is van ‘gedwongen zelfmelding’, dan kan wellicht (voor een deel) geen boete worden opgelegd. In alle gevallen geldt het dringende credo: neem een advocaat. Daarmee voorkomt u dat een adviseur waarmee u vertrouwelijk communiceerde, u later noodgedwongen voor de bus moet gooien.

Zwitserland  

Wie een verzwegen bankrekening had in Zwitserland en zichzelf nog niet vrijwillig had gemeld bij de Belastingdienst, heeft daar de afgelopen jaren in de meeste gevallen wel wat van gemerkt. Al in 2015 schreef ik over het (eerste) groepsverzoek van Nederland aan de Zwitserse Belastingdienst. In het eerste verzoek ging het om Nederlandse rekeninghouders bij de UBS, die aldaar op of na 1 januari 2013 een saldo hadden staan van EUR1.500 of meer. Na UBS volgde in 2016 een verzoek over Credit Suisse zwartspaarders.

Gevolgen groepsverzoeken

Over dat groepsverzoek was destijds veel te doen. Destijds was mijn afdronk dat de gevraagde informatie door de Nederlandse Belastingdienst aan UBS te breed en vaag was. En dat het zeer waarschijnlijk was dat deze informatieverzoeken als te uitgebreid zouden worden beschouwd, waardoor ze uiteindelijk mogelijk niet aan Nederland zullen worden verstrekt. Maar die voorspelling is niet bepaald uitgekomen. De mogelijkheden zijn dusdanig ruim uitgelegd dat uitwisseling volledig is gemaakt. Na een procedure in Zwitserland oordeelde uiteindelijk het Bundesgericht dat het groepsverzoek toch géén ‘fishing expedition’ was. Het gevolg daarvan was dat de gevraagde informatie wél door Zwitserland aan Nederland mocht worden uitgewisseld.

Einde bankgeheim in zicht: rekeningen eerder gesloten

Het jaar 2015 was natuurlijk niet het eerste moment dat Zwitserse spaarders vreesden alsnog bij de fiscus in beeld te komen. Aanvankelijk had bankgeheim lang fier overeind gestaan en niemand zich kon voorstellen dat uit het zicht van de Belastingdienst gestalde spaarcentjes ooit het fiscale daglicht zouden gaan zien. Maar toen kwam in 2005 een afspraak met een aantal EU-landen om bronheffing in te houden. Onder meer Luxemburg deed daar niet direct aan mee maar ging wel oplopende bronheffing inhouden. Rond 2010 werd het nog wel wat onzekerder rond het bankgeheim.

Gevolg van die onzekerheid was dat klanten van banken in dergelijke landen regelmatig werd aangeraden om de bankrekening aldaar te sluiten. En diverse spaarders die dat ook deden, en het geld in contante vorm meenam naar Nederland. Geen haan die daarnaar meer zou kraaien. Toch? Niets blijkt minder waar.

Nieuw groepsverzoek en gevolgen

Het heeft er alle schijn van dat er inmiddels een nieuw groepsverzoek is gedaan door Nederland aan Zwitserland: ditmaal over UBS-spaarders die hun rekening al vóór 2013 hadden opgeheven. In ieder geval zijn mij in de praktijk bekend dat diverse ex-rekeninghouders van voor die tijd door de Belastingdienst nu worden aangeschreven met vragen over hun toenmalige bankrekening.

Wie zo’n brief ontvangt onder verwijzing naar een concreet – inderdaad in het verleden op diens naam gestaan hebbende – bankrekening, zal in ieder geval de fiscaal relevante vragen moeten beantwoorden, en waar mogelijk de gevraagde informatie en stukken moeten aanleveren.

Wees u ervan bewust: het strafrecht kán in beeld komen. Zelfs bij een vrijwillige melding is de garantie dat het met een fiscale boete wordt afgedaan, geen hard gegeven meer. Maar wie door de Belastingdienst is opgespoord, loopt al helemaal een risico. Het credo is daarom: schakel een advocaat in.

Doet u dat niet, dan is uw communicatie over alle risico’s en gevoelige zaken namelijk niet gegarandeerd vertrouwelijk: uw adviseur is de meest interessante getuige in dergelijke zaken. En die zal u – wanneer opgeroepen door een rechter – verplicht voor de spreekwoordelijke bus moeten gooien.

Ook na zo’n brief is de hoop echter niet volledig vervlogen. De kans om er met een fiscale boete af te komen, blijft vele malen groter dan het alternatief. En wellicht spelen er zaken die de fiscus nog niet weet – of waarvan u in elk geval nog niet hoeft te vermoeden dát de fiscus er weet van heeft. In dat geval kunt u deels alsnog kwalificeren als zelfmelder en van die voordelen gebruik maken.

Kansen voor zelfmelders

Wie zichzelf komt melden heeft weliswaar formeel geen ‘vrijwaring’, maar vrijwillig melden maakt nog steeds een groot verschil. Wanneer u ontdekking door de Belastingdienst niet afwacht, wordt u namelijk in beginsel nog steeds als semi-inkeer behandeld. Met andere woorden: een vrijwillige melding zal niet snel tot een strafzaak leiden. De boetes zijn bovendien nog altijd onveranderd met de situatie net voor afschaffing: in beginsel (voor box 3) een boete van 135%.

Bovendien zij nog maar eens herhaald: de afschaffing van de inkeerregeling geldt alleen voor box 2 en box 3 van de Inkomstenbelasting. Wellicht spelen er zaken op de achtergrond waarvoor een vrijwillige melding nog wel alle ouderwetse kansen biedt: inkomsten (in box 1), een erfenis, schenking, gevolgen in de Vennootschapsbelasting, Omzetbelasting, etcetera. Bespreek met uw advocaat de mogelijkheden die er zijn om schoon schip te maken.

Kansen bij ‘gedwongen zelfmelding’

Wie het handig speelt heeft bovendien nog de kans om gebruik te maken van ‘gedwongen zelfmelding’ op een onderwerp waar de fiscus niet eigenhandig achter zou zijn gekomen. Daarvoor geldt – net als voor de btw suppletieplicht – dat die melding niet als bewijs voor een op te leggen straf of boete mag worden gebruikt. Meer over deze kansen bij een beroep op het ‘nemo tenetur-beginsel’ zie ‘Gedwongen ‘inkeer’ geeft kansen voor (deels) boetevrij blijven’.

Conclusie

Voormalige houders van een bankrekening bij de UBS in Zwitserland komen alsnog in beeld bij de Nederlandse Belastingdienst. Dit levert verplichtingen en risico’s op, maar ook kansen. Het inschakelen van een advocaat is verstandig voor wie diens correspondentie met de adviseur niet later ‘op straat gegooid’ wil zien worden.

 

Bronnen:

Over eerdere groepsverzoeken:

  • ‘Alle UBS-rekeninghouders te laat met inkeer?’ blog van Vanessa Huygen, 27 juni 2018
  • ‘Nederlandse zwartspaarders in Zwitserland onder druk: bangmakerij?’, blog van Vanessa Huygen, 29 oktober 2015
  • Meer blogs over UBS en groepsverzoeken ‘uit de oude doos’, zie via deze link:
    ‘Zwartspaarders credit suisse keuze voor 24 maart: informatie aan fiscus tegenhouden?’ blog van Vanessa Huygen, 18 maart 2016
    ‘(ex)UBS-spaarders deze week voor finale keuze: berusten of in beroep?’ blog van Vanessa Huygen, 25 november 2015
    ‘Nederlandse zwartspaarders deel 2: groepsverzoek, mag dat toch?’ blog van Vanessa Huygen, 11 november 2015 met update van 12 november 2015